Even geleden heb ik op verzoek van een vriendin het recept voor bruin vloerbrood uitgeschreven. Ik heb daar ontzettend veel positieve reacties op gehad. Erg leuk! Wat ik daarnaast ook mooi vind om te zien, is dat de bewuste vriendin het broodbakken nu serieus heeft opgepakt. En blijkbaar doet ze dat zo goed dat haar zoon (3) zelfs geen beleg meer op het door haar gebakken brood duld. Hij knaagt het gewoon naturel op. Dan doe je toch echt wel iets goed hoor.
Ervarend leren
Zo zag ik op een zondag dat ze aan het experimenteren was geslagen met het maken van pistoletjes van het bruinbrood-deeg. Het resultaat leek (op de foto) meer dan prima gelukt! En zo moet het ook. Bij broodbakken is het ‘al doende leert men‘.
Variatie op een thema
Het triggerde mij in ieder geval om ook eens aan de slag te gaan met een recept voor zachte lichtbruine broodjes. En met wat experimenteren is daar een mooi resultaat uit voortgekomen (al zeg ik het zelf).
Ik heb het recept hieronder uitgeschreven. Onderaan vind je ook de verhoudingstabel zodat je met behulp van de bakkersformule het recept kan aanpassen.
En nou maar hopen dat deze bolletjes door de kinderen net zo makkelijk worden opgepeuzeld als de vorige exemplaren!
Bak ze lekker bruin!
Zachte lichtbruine bolletjes – recept
Ingrediënten voor 12 stuks
Tarwebloem | 350 gram |
Volkorenbloem | 150 gram |
Melk (halfvol of vol), ± 25°C | 340 gram |
Droge gist | 10 gram |
Zout | 9 gram |
Roomboter | 25 gram |
Witte basterdsuiker | 10 gram |
Verder nodig
- Bakplaat bekleed met bakpapier
- Olie om plasticfolie, handen en werkplek in te oliën.
- (kunststof) bak/kom
- Plasticfolie
- Plantenspuit met water (optioneel)
- Havervlokken, sesamzaad, maanzaad en/of zonnebloempitten (optioneel)
- Deegkneder of staande mixer met deeghaak (optioneel)
Bereiding
Deeg kneden: Doe alle ingrediënten in de kom van de deegkneder of staande mixer en kneed het geheel tot een stevig deeg (10 á 12 minuten).
Met de hand kneden kan uiteraard ook. Meng in dat geval alle ingrediënten in een (kunststof) bak/kom tot een ruw deeg. Stort dit uit op een schoon werkblad en kneed het handmatig af tot een stevig deeg (15 á 20 minuten).
1e rijs: Vorm een bal van het deeg. Leg de deegbal in een ingeoliede (kunststof) bak/kom en dek het af met ingeolied plasticfolie of een douchemuts. Laat het deeg op kamertemperatuur in ± 60 minuten in volume verdubbelen. Het deeg is goed gerezen als je er met een natte vinger een gat in kunnen prikken wat niet direct weer dicht trekt.
Voorvormen: Stort het gerezen deeg op een ingeolied of licht bebloemd werkblad. Druk er voorzichtig met je vingers wat lucht uit.
Verdeel het deeg in 12 gelijke stukjes (± 75 gram).
Bol de deegstukjes even op, dek ze af en laat ze 15 minuten rusten.
Het opbollen van kleine stukjes deeg vergt wat handigheid en oefening. Geef niet op als het je niet meteen lukt. Van minder opgebolde stukjes deeg kun je nog steeds een broodje bakken. Gooi ze dus niet weg en gebruik ze gewoon zoals verder beschreven in dit recept. Hieronder een uitleg over het opbollen van kleine stukjes deeg;
Verdeel het deeg in de aangegeven hoeveelheid stukjes (foto 1).
Leg een stukje deeg voor je op het werkblad. Eventuele losse stukjes deeg (van het afwegen) leg je in het midden van het deegstukje. Vouw de randen van het deegstukje naar binnen (foto 2).
Draai het stukje deeg om (foto 3).
Leg je handpalm met een lichte(!) druk op het stukje deeg. Je duim en pink liggen naast het deegstukje op het werkblad en de toppen van je wijs-, middel- en ringvinger rusten op het werkblad (foto 4).
Rol nu rustig het deeg met je hand in cirkels tot een bolletje. Duw tijdens het draaien met je duim en pink de onderrand van het deeg steeds onder het deegstukje (foto 5).
Zorg ervoor dat je tijdens het draaien een kommetje van je hand maakt. Je laat je handpalm zogezegd tijdens het draaien rustig omhoog komen zodat het deegballetje ruimte krijgt om zich mooi te vormen (foto 6).
Als er een deegballetje met een gespannen vlies aan de buitenkant is gevormd is je deegstukje opgebold.

Vormen: Bol de deegstukjes na de rustperiode nog een keer op en leg ze op een met bakpapier bekleden bakplaat. Houdt hierbij ongeveer 5 cm tussenruimte aan.
2e rijs: Dek de deegbolletjes af met ingeolied plasticfolie en laat ze ± 60 minuten op kamertemperatuur rijzen. De deegballetjes zijn genoeg gerezen als je er met een vinger een klein deukje in kan drukken wat (langzaam) terugveert.
Oven voorverwarmen: Verwarm tijdens de 2e rijs een oven met boven/onderwarmte voor op 220°C. Een oven met alleen hetelucht-functie verwarm je voor op 200°C.
Decoreren (optioneel): Gebruik een plantenspuit om de deegbolletjes aan de bovenkant wat te bevochtigen. Bestrooi ze vervolgens met havervlokken, sesamzaad, maanzaad of zonnebloempitten.
Bakken: Schuif de bakplaat met de gerezen en eventueel gedecoreerde deegbolletjes in het midden van de voorverwarmde oven. Bak de broodjes in ± 12 minuten gaar en mooi bruin.
Afkoelen: Haal de broodjes uit de oven en laat ze afkoelen op een rooster.
Tips
- Deze broodjes kun je prima invriezen. Zo kun je een voorraadje maken om ze later tijdens uitstapjes, autoritten of gewoon als een lekker bolletje met beleg tussendoor te gebruiken.
- Snij de bolletjes, net voordat ze de oven ingaan, ook eens in met een scherp (gekarteld) mes of een lame. Staat ook leuk op de ontbijt- of lunchtafel.
Verhoudingstabel
Tarwebloem | 70% |
Volkorenbloem | 30% |
Melk | 68% |
Droge gist | 2% |
Zout | 1,8% |
Roomboter | 5% |
Witte basterdsuiker | 2% |
Tof artikel! Ga weer aan de slag, tweede lading meel is er alweer bijna doorheen.xxxx
LikeLike
Bedankt en goed om te horen! Veel succes!
Bak ze!
LikeLike